De zesde Gnossienne van Erik Satie is een heel bijzonder stuk dat mij al heel vroeg fascineerde. Ik heb er een speciale band mee vanwege het ogenschijnlijk moderne idioom, wat bij nadere inspectie toch opvallend vaak gewone drieklanken blijken te zijn. De akkoorden zelf zijn dus meestal niet bijzonder, maar de opeenvolging is wel zeer ongebruikelijk. Sommige akkoorden zijn echter wel bijzonder, namelijk die met de combinatie van een kleine terts en een grote septiem (hoewel die laatste wel steeds een doorgangsnoot is).
Om het zelf gemakkelijker te kunnen lezen (vooral in mijn begintijd, toen ik nog veel muzikale leesproblemen had) heb ik daarom akkoordsymbolen toegevoegd (net zoals ik bij al mijn Spheren composities ook altijd doe). Mijn muzieknotatie programma vereiste echter wel dat ik maatstrepen toe zou voegen om het stuk te digitalieren. Satie zelf had geen enkele maatsreep geplaatst. Het was nog een hele puzzel te bepalen waar ik dit maatstrepen wilde hebben, maar dat onthulde andersijds ook wat van de structuur. Deze uitgave is “notelijk” hetzelfde (hoewel er door de maatstrepen er minder toevallige voortekens staan), maar noem ik toch een “arrangement” vanwege het plaatsen van maatstrepen en het soms verleggen van noten van de linker naar de rechterhand (waardoor ik het zelf gemakkelijker te spelen vind).
|