Spheren
Muziek van
Paul Merkus
Op. 51 Dialogue

In de zomer van 2009 is deze compositie voor piano solo ontstaan. Hoewel het geen vooropgezet plan was is het stuk een soort meditatie geworden met iets wat mogelijk als een devoot gebed gezien kan worden, mede vanwege het retorische karakter. Vandaar ook dat deze meditatie als tempo en karakteraanduiding "Andante serena" meegekregen heeft, vanwege de rustige, serene gang. Hoewel de aanvankelijke naam en titel van dit stuk "Méditation" was, heb ik dat later gewijzigd in "Dialogue", vanwege dat voornoemde retorische karakter. Hoewel door mijzelf als een soort gebed bedoeld, is in het stuk een gesprek te horen tussen een wat hogere en een wat lagere "stem".
De naam "Méditation" kan zo bewaard blijven voor mogelijk nóg verstildere muziek

Het meditatief gesprek begint met een eentonige vertelling waarin de ondersteunende akkoorden haast de enige verstoring van de rust zijn. Na twee regels volgt een grootse ("grandioso") voorzin met een kalmerende nazin ("calmante") en daarna een dreigende voorzin ("imminente") met ook een kalmerende nazin. Met een lieflijke aanloop ("dolce") wordt er even groots ("maestoso") uitgepakt, snel gevolgd door een vertelling in lage ligging ("sonore"), dan weer lieflijk, dan weer berustend ("rassegnato"). Met de modulatie naar mineur wordt er een devoot gebed ingeluid wat daarna nog met een tweede gedeelte wordt vervolgd ("in seguito"), waarna er een getuigenis ("testimonianza") afgelegd kan worden en het geheel voldaan ("sazio") afgesloten kan worden ("finalmente") wanneer het gebed tot slot in majeur terugkeert.

Deze compositie laat opnieuw de voorliefde voor het groot septiem akkoord horen die in veel eerdere stukken ook aanwezig is. Er is opnieuw gekozen voor een klankidioom waarin de grote septiem niet als dissonant beschouwde wordt, maar als kleuring. Er zijn zelfs cadenzen die oplossen naar een grote septiem toe (en die daarom dus als consonant behandelen).
Het gebruik van gebroken akkoorden kan ook als karakteristiek beschouwd worden, hoewel het in dit werk relatief weinig voorkomt. Daarentegen horen we nu vaak een pulserende bas van nootherhalingen (klopmotief).

Ruim tien jaar later heb ik m.b.v. StaffPad hier een orchestratie van gemaakt, het op.51 nr.2. De orkestbezetting is strijkorkest met houtblazers en trombone. Door de verschillende kleuren van de diverse instrumenten was het mogelijk om de hierboven beschreven dialoog nog duidelijker tot uitdrukking te brengen.

Op.51 nr.1 voor piano solo
Op.51 nr.2 voor orkest