Spheren
Muziek van
Paul Merkus
Op. 60 Lyrique, Adagio, Vivace

De aanleiding voor opus 60 voor cello en piano is het feit dat onze zoon Bart cello is gaan spelen. Door hem te begeleiden in fraaie studiestukjes (van o.a. Anne Terzibaschitsch) ontstond inspiratie om zelf ook voor het eerst wat voor deze bezetting te schrijven om zo het speciale karakter en de mogelijkheden van de cello te verkennen. Hoewel het van meet af aan de bedoeling was dat dit een driedelige sonate ging worden, heeft het derde deel veel langer op zich laten wachten.

op.60 nr.1 Lyrique

Het rustige eerste deel is genaamd "Lyrique" en probeert het lyrische karakter van de cello te benutten in een eenvoudig thema dat na een voorspel twee maal door de cello wordt neergezet, inclusief tussenspel en een afwisselende begeleiding. Naar de afsluiting van dit thema volgt een tweede thema met een heel ander karakter. Het 'cantabile' deel vraagt de cello in het lage register een zangerige melodie neer te zetten die in het tweede deel hiervan kortstondig opbloeit en neerdwarrelt. In de reprise van het openingsthema zijn de rollen aanvankelijk omgedraaid omdat de cello even de baslijn gaat spelen terwijl de piano een hoger register opzoekt. Maar uiteindelijk komt alles weer op zijn plaats en volgen er omspelingen in de cello en ten slotte een uitloop van het thema naar grote hoogten.

op.60 nr.2 Adagio

Het tweede deel van deze sonate ("Adagio") heeft een veel rustiger, verstilder en ingetogener karakter (en gaat over troost). Na een kort voorspel bezingt de cello een langzame, droevige en dromerige lijn. Na een eerste tussentijdse afsluiting gaat de cello andere registers opzoeken, begeleid door rustige, leggiero omspelingen in de piano. Aanvankelijk gaat de cello naar een hoger register, maar daarna volgt een duikeling de diepte in. Vanuit die diepte wordt weer in samenspel de weg naar boven gevonden om hogere hoogtepunten te bereiken waarna de piano het kort overneemt met een aangrijpend tussenspel vol heftige "pijnscheuten" (van verdriet). Gelukkig komt de cello er weer bij met een reprise van het thema uit de expositie, de cello biedt zoveel troost dat de piano weer tot leven komt en zich niet langer kan inhouden om mee te gaan doen in de driedelige beweging van de cello (het leven gaat door). De "pijnscheuten" (van verdriet) keren tot slot nog een keer terug, maar nu samen met de troostende cello veel zachter en minder pijnlijk.
Dit Adagio heeft heel troostrijk geklonken op de uitvaart van mijn moeder (aan wie ik het postuum heb opgedragen).

op.60 nr.3 Vivace

Het derde deel is een snelle afwisseling na het verstilde tweede deel. Dit stuk heeft als tempo- en karakteraanduiding "Vivace" en kent een iets complexer ritme met syncopen en triolen. Aanvankelijk wisselen de triolen elkaar af in begeleidingsbas en in het gesyncopeerde cello motief, na twee verschillende tussenspelen (een leggierro omspeling en een koraal) keren ze aan het einde terug als stuwing vanuit de begeleidingsbas waarna de triolenbeweging uiteindelijk tot in de reprise van het openingsthema doordringt.


op.60 deel 1 Cello en Piano: "Lyrique"
op.60 deel 1 Cellopartij:
op.60 deel 2 Cello en Piano: "Adagio"
op.60 deel 2 Cellopartij:
op.60 deel 3 Cello en Piano: "Vivace"
op.60 deel 3 Cellopartij:


Uitvoering van "Adagio" door vader en zoon Merkus


uitvaart
Troostrijke uitvoering tijdens uitvaart