Muziek van Paul Merkus |
|
|||
|
Opus 40 is een impromptu voor piano solo. Het vorige stuk voor piano solo was opus 31, twee jaar eerder verschenen. In de tussenliggende tijd heb ik alleen voor andere bezettingen gecomponeerd, maar natuurlijk wel veel piano gespeeld, ook de nodige improvisaties. Wat bij de improvisaties opviel is dat steeds vaker dezelfde patronen ontstaan en ik steeds op dezelfde manier begon. Uiteindelijk is het er van gekomen om deze patronen eens op te gaan schrijven, en zo is deze "Impromptu" ontstaan. Het is daadwerkelijk een poging om een improvisatie te noteren, maar bij het omwerken van de improvisatie tot een compositie kon ik het niet laten om veel meer structuur aan te brengen. Het stuk begint met een aanhef cadens van een zestal maten, het voorspel naar
het feitelijke openingsthema toe. De eenvoudige, zangerige melodie begint in majeur,
begeleid door breed gebroken akkoorden in de linkerhand. In tweede instantie komt
er meer rust doordat de linkerhand soms meer ruimte biedt aan de melodische overgangen
naar de volgende maat, maar komen er ook gaandeweg krachtiger dissonanten in de
melodiestemmen van de rechterhand.
Na een drietal pagina's vol melancholische klanken (gebroken akkoorden onder de
eenvoudige melodie), is het tijd voor iets anders en volgt de koraal. Deze reeks
akkoorden staat in een andere maatsoort dan de hoekdelen en kent verstilde momenten
in het pianissimo en een stuwende baslijn die leidt naar de herhaling van het koraal,
ditmaal met gebroken akkoorden in drieën. De koraalmelodie wordt in alle rust
herhaald en daarna worden de aanvankelijke mijmeringen weer opnieuw opgepakt.
Ditmaal klinkt het zangerige openingsthema in mineur, waardoor de dromerige
melancholie nog indringer zijn hoogtepunt bereikt, alvorens het geheel afsluit
middels het terugkeren van de openings cadens, waarbij in een lage ligging
het uiteindelijke rustpunt bereikt wordt. Bijna een jaar later is er een vervolg gekomen, een tweede impromptu, mede naar aanleiding van de voldoening over de eerder geschreven eerste impromptu, die zo karakteristiek is voor mijn improvisatiestijl. Deze tweede impromptu kent een melodie die vrij melancholisch mijmert boven een begeleiding van volop gebroken akkoorden die een schier hypnotiserende ostinaat vormen met een karakteristieke nootherhaling. Na twee pagina's mijmeringen vol aanzwellingen en terugnemingen wordt in het koraal op de derde pagina het veelvuldig gebruik van grote en kleine septiemen nog verder tot kunst verheven en zwelt ook hier het thema langzaam aan naar een hoogtepunt, waarna op verstilde wijze het eerste thema weer teruggehaald wordt, alvorens af te sluiten.
Toen er nog wat thematisch materiaal overgebleven was na het maken van
de tweede impromptu, ontstond er ook nog een derde impromptu met de ondertitel "Fantaisie".
Ruim drie jaar na de derde impromptu is er nog een vierde impromptu onstaan, het opus 57. En nog eens ruim acht jaar later heb ik de derde impromptu bewerkt voor fluit en piano, met het oog op mogelijke publicatie door FluteTunes.com. Ik heb de oorspronkelijke ondertitel "Fantaisie" tot titel van dit stuk verheven en het de nummering op.40 nr.4 gegeven. Doordat de melodielijn door het arrangeren van "rechterhand van de pianopartij" naar "fluitpartij" ging, bleek het wenselijk om de articulatie van de melodielijn aan te scherpen door het toevoegen van legato- en zinsbogen en staccato- en portatotekens. Verder is er een nieuwe rechterhand van de pianopartij gekomen met wat aanvullende noten, zonder echter daar teveel aandacht mee te trekken. Op 28 oktober 2019 heeft de Amerikaanse WEB-site flutetunes.com de Fantaisie als "Tune of the Day"gepubliceerd. Zie https://www.flutetunes.com/tunes.php?id=3990. Als gevolg van deze publicatie op FluteTunes werd ik benaderd door Romeo Saudella uit Italië die me een fraaie opname stuurde van deze Fantaisie. Dankzij de tempo mapping feature van StaffPad kon ik een synchrone animatie maken van zowel zijn uitvoering als de scrolling score van de bladmuziek in StaffPad. |